Nederlanders geven de leefbaarheid in hun buurt gemiddeld een 7,6

De Veiligheidsmonitor: Nederlanders geven de leefbaarheid in hun buurt gemiddeld een 7,6 als rapportcijfer

Op 1 maart om precies 00.00 uur publiceerde het CBS de Veiligheidsmonitor 2021.
Wat valt op? Welke vragen worden er beantwoord?

Minder traditionele criminaliteit, meer online criminaliteit
Steeds minder Nederlanders geven aan dat zij slachtoffer zijn geweest van traditionele vormen van criminaliteit zoals inbraak, diefstal, geweld en vernieling. De politie registreerde ook minder van deze misdrijven. Meer mensen daarentegen zijn slachtoffer geworden van online criminaliteit. 2,5 miljoen Nederlanders werden namelijk in 2021 slachtoffer van online criminaliteit. Zij werden, naar eigen zeggen, slachtoffer van online criminaliteit. De meesten kregen te maken met online oplichting en fraude. Een op de drie slachtoffers ondervindt psychische of financiële problemen door wat hen overkomen is. Minder dan de helft doet melding van online criminaliteit, bijna 20 procent doet aangifte.

 

De cijfers zijn gebaseerd op een grootschalige enquête onder de Nederlandse bevolking van 15 jaar en ouder. In 2021 hebben 173 duizend personen de vragenlijst ingevuld. Dit grote aantal respondenten maakt het mogelijk om tot op een gedetailleerd niveau betrouwbare uitspraken te doen over de veiligheid in Nederland. De vragenlijst van de Veiligheidsmonitor is grondig herzien. Nieuwe onderwerpen die breed in de maatschappelijke belangstelling staan zijn toegevoegd: zo is er aandacht voor discriminatie en online seksueel intimiderend gedrag. De nieuwe Veiliheidsmonitor is dus niet 1 op 1 vergelijkbaar met de eerder gepubliceerde monitoren.

Hoe ervaren inwoners van Nederland de fysieke voorzieningen en sociale cohesie in hun buurt en de overlast in de buurt?
Nederlanders geven de leefbaarheid in hun buurt gemiddeld een 7,6 als rapportcijfer. Elf procent vindt dat de buurt waarin zij wonen er in de afgelopen 12 maanden op vooruit is gegaan, 16 procent is juist van mening dat hun buurt erop achteruit is gegaan. De meerderheid ziet geen verandering.

Bijna een op de zeven (14 procent) mensen voelt zich wel eens onveilig in de eigen buurt. Twee procent voelt zich er vaak onveilig. Een op de drie mensen (33 procent) voelt zich in algemene zin wel eens onveilig. Dit aandeel is meer dan het dubbele van de onveiligheidsgevoelens in de eigen buurt. Twee procent voelt zich in algemene zin vaak onveilig.

In 2021 is 17 procent van de Nederlanders van 15 jaar of ouder slachtoffer geweest van een of meer geweldsdelicten, vermogensdelicten of vernielingen. Het vaakst werden zij slachtoffer van vermogensdelicten (9 procent), gevolgd door vernielingen (6 procent) en geweldsdelicten (5 procent).  Bij geweldsdelicten gaat het om delicten waarbij daadwerkelijk geweld wordt gebruikt. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen mishandeling, geweldsdelicten met (vermeende) seksuele bedoelingen, en om (be)dreiging met fysiek geweld. Bedreiging komt het vaakst voor (4 procent), 1 procent was slachtoffer van geweld met seksuele bedoelingen en eveneens 1 procent was slachtoffer van mishandeling.

In 2021 is hetzelfde percentage inwoners (17 procent) slachtoffer geweest van een of meer online delicten of incidenten. Tien procent was slachtoffer van online oplichting en fraude, 7 procent van hacken, 2 procent van online bedreiging en intimidatie, en minder dan 1 procent van overige online delicten

Van degenen die in het afgelopen jaar contact hebben gehad met de politie hadden 6 op de 10 het laatste contact met de politie in de eigen buurt. Iets minder dan 2 op de 10 hadden het laatste contact elders in de eigen gemeente en buiten de eigen gemeente. Ongeveer twee op de drie zijn (zeer) tevreden over dit contact, zowel in de eigen buurt, elders in de eigen gemeente als daarbuiten. 

Welk preventief gedrag hebben we ontwikkeld in het laatste jaar?
Helaas was het aantal mogelijke antwoorden enigszins voorgekookt maar het meest was het meenemen van waardevolle spullen uit de auto. Ruim driekwart geeft aan dit vaak of altijd te doen. Bijna de helft zegt (vaak of altijd) ’s avonds het licht te laten branden wanneer er niemand thuis is en een vergelijkbaar percentage zet de fiets in een bewaakte stalling als die mogelijkheid er is. Ruim 4 op de 10 laten waardevolle spullen thuis om diefstal op straat te voorkomen.

De Veiligheidsmonitor is een samenwerking tussen het Centraal Bureau voor de Statistiek en het ministerie van Justitie en Veiligheid.

Het volledige rapport is overigens te lezen bij het CBS (en eventueel te downloaden in PDF) op CBS.nl