10% IoT-aanvallen gehost op servers in Nederland

Fortinet heeft onderzoek gedaan naar onderzoek cyberaanvallen op het gebied van Internet of Things (IoT) in het afgelopen jaar. Gebaseerd gebaseerd op de gegevens van 2022, die voorkomen uit het wereldwijde netwerk van honeypots van FortiGuard Labs. Deze honeypots dienen als digitaal lokaas voor cybercriminelen en helpen bij het vastleggen en volgen van aanvalscampagnes die ten doel hebben om IoT-apparaten met malware te besmetten. Meestal gebeurt dit om die om te vormen tot bots. Cybercriminelen kunnen op die manier een grootschalig botnetwerk in het leven roepen voor het uitvoeren van Distributed Denial of Service (DDoS)-aanvallen.

Uit de gegevens blijkt dat deze malware-campagnes in de meeste gevallen gebruik maken van brute force-aanvallen. Bij een brute-force aanval proberen de aanvallers systematisch wachtwoorden en encryptiesleutels uit totdat er één blijkt te werken. Hiermee kunnen ze de aanmeldingsgegevens voor Telnet en het netwerkcommunicatieprotocol SSH achterhalen en toegang krijgen tot IoT-apparaten. Vervolgens voeren ze executables uit om die tot bots om te vormen.

Er is ook een groeiende verscheidenheid aan malware-varianten die in de programmeertaal Go zijn geschreven. Dit wordt toegeschreven aan de toenemende beschikbaarheid van broncode voor malware in bijvoorbeeld GitHub. Dit maakt het veel eenvoudiger voor relatief onervaren cybercriminelen om botnets te vormen en voor aanvallen in te zetten. Gezien de toegenomen belangstelling voor het gebruik van de programmeertaal Go voor de ontwikkeling van malware verwacht men dat dit jaar nog veel meer op Go gebaseerde IoT-botnets ingezet worden.