Dramatisch(e) digitale democratie…?

(Column) Met de lockdown en avondklok staat de democratie onder druk. Het liep volgens bepaalde groepen toch al niet helemaal lekker toen de wereld nog gewoon was, maar nu wordt het steeds moeizamer. De gemeentepolitiek is daarop zeker geen (positieve) uitzondering.

Nu kun je de kop op allerlei manieren interpreteren: is de democratie dramatisch digitaal? Is de digitale democratie dramatisch of is de dramatische democratie digitaal?

Laten we het op het meest voor de hand liggende houden: de digitale democratie is dramatisch en werkt gewoon niet echt lekker. Digital is beautiful, maar als het erom gaat een discussie op te zetten, serieus van gedachten te wisselen met alle betrokkenen of nieuwe plannen en ideeën te ontwikkelen, dan is digitaal hooguit ondersteunend in het vastleggen en delen van wat daar uit komt. Althans, dat zou het kunnen zijn. Het werkt echter steeds meer tegen.

Regelmatig heb ik in het afgelopen jaar aan den lijve kunnen ondervinden hoe het werkt wanneer gemeentepolitiek digitaal verloopt. Nou ja, verloopt, meer voorbij gaat. Tijdens zo’n online sessie kun je als burger – maar ook als pers - meekijken en luisteren. Dat is prima. Het hangt er vervolgens van af of de sessie zelf wel fysiek is (kan soms nog steeds, maar lang niet altijd ), want als dat niet zo is en iedereen ‘hangt aan de lijn’, dan wordt het pas echt zeuren.

Echt gebeurd: tijdens zo’n online ‘Informatie- en Presentatiebijeenkomst’ zie je het gebeuren dat, los van de storingen bij iemand waarvan de kamergenoot op de achtergrond de televisie aan zet, een radio heeft aanstaan of kinderen heeft die er af tussendoor komen, het hele gesprek tussen een twintigtal deelnemers op zijn minst erg stroef verloopt. Dan heb ik het nog niet eens over het aantal keren dat een schermpje op zwart gaat, de microfoon wordt uitgezet, of allebei en dan moet je maar hopen dat de persoon die er achter zit nog mee luistert... Actief participeren als burger of belanghebbende is volgens mij iets heel anders. Maar wel klagen als een plan anders verloopt dan je had gedacht.

De interactie, voor zover die überhaupt mogelijk is, komt nooit echt op gang. Vragen worden gesteld via de chatbox. Daarbij hebben toehoorders geen idee of die vragen wel echt zijn gesteld en of de gestelde vragen wel allemaal worden beantwoord.

Dan komt het ook nog regelmatig voor dat de techniek zelf het laat afweten: te veel mensen tegelijk ingelogd, het is net even te goed beveiligd dus er ‘verdwijnen’ regelmatig deelnemers, of het werkt gewoon niet zo goed als ze dachten dat het deed. Dan hoor je (af en toe) de spreker niet, het geluid loopt niet synchroon met het beeld (bloedirritant), er zit een aantal mensen tegelijk te praten, waardoor het systeem helemaal van de leg raakt. De voorzitter die het moet handhaven is vervolgens degene die het slechtst is te verstaan of gewoon geen idee heeft hoe het systeem werkt en paniekerig om zich heen kijkt.

‘Order order’… Niks orde. Grote chaos.

Kortom, het wordt hoog tijd voor twee dingen: een update naar systemen die het mogelijk maken om wél een fatsoenlijke discussie in gang te brengen met grotere groepen en te houden zonder dat de helft afhaakt omdat het niet is te volgen. Anderzijds, ook niet geheel onbelangrijk, is het cruciaal om de volksvertegenwoordigers eens te leren dat digitaal werken net even iets anders werkt dan wanneer ze bij elkaar zitten. Zeker voor degenen die toehoren. Die hebben toch al niet echt het gevoel dat er veel naar ze wordt geluisterd en ik krijg het gevoel dat het in de digitale democratie letterlijk zo is…

We hebben allemaal de stap naar (veel meer) digitaal werken moeten zetten, maar intussen zijn we ook al bijna een jaar verder met die hele coronapandemie. We kunnen onze democratie toch wel iets sneller opschakelen? Of gaan we straks allemaal per post stemmen? It’s a fraude. Ik voorspel nu al: als ‘we’ verliezen is er gefraudeerd.

John de Waard